Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. komma:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor komma in het Nederlands

komma:

komma [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de komma
    de komma
    • komma [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. de komma
    – leesteken dat een pauze in de zin aangeeft 1
    de komma
    – leesteken dat een pauze in de zin aangeeft 1
    • komma [de ~] zelfstandig naamwoord
      • als je pauzeert, plaats je een komma1

Verwante woorden van "komma":

  • kommaatje, kommaatjes

Verwante definities voor "komma":

  1. leesteken dat een pauze in de zin aangeeft1
    • als je pauzeert, plaats je een komma1