Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor lustigheid in het Nederlands

lustigheid:

lustigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de lustigheid
    de vrolijkheid; hupsheid; de lustigheid; de uitgelatenheid

Verwante woorden van "lustigheid":


lustig:

lustig bijvoeglijk naamwoord

  1. lustig
    blijmoedig; vrolijk; levendig; opgetogen; zonnig; lustig; opgewekt; uitgelaten; fideel; jolig; monter; dartel; kwiek; welgemoed; wakker; fleurig; blijgeestig; blij; opgeruimd; geestig; kleurig

Verwante woorden van "lustig":