Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. mantels:
  2. mantel:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor mantels in het Nederlands

mantels:

mantels [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de mantels
    de mantels; de overjassen
    • mantels [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • overjassen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

Verwante woorden van "mantels":


mantel:

mantel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de mantel
    de mantel; de overjas
    • mantel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • overjas [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. de mantel
    de mantel; de overjas
    • mantel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • overjas [de ~] zelfstandig naamwoord
    de jas
    – kledingstuk dat je over je andere kleren draagt als je naar buiten gaat 1
    • jas [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
      • koop maar een warme jas voor de winter1

Verwante woorden van "mantel":