Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. norm:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor norm in het Nederlands

norm:

norm [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de norm
    de maatstaf; de standaard; de norm
    • maatstaf [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • standaard [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • norm [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. de norm
    de standaard; de norm
    • standaard [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • norm [de ~] zelfstandig naamwoord
  3. de norm
    de norm
    • norm [de ~] zelfstandig naamwoord
  4. de norm
    – wat je als maat neemt 1
    de norm
    – wat je als maat neemt 1
    • norm [de ~] zelfstandig naamwoord
      • de norm om te slagen is dat je een 8 moet halen voor deze test1

Verwante woorden van "norm":

  • normen

Verwante definities voor "norm":

  1. wat je als maat neemt1
    • de norm om te slagen is dat je een 8 moet halen voor deze test1

Verwante synoniemen voor norm