Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. ontpoppen:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor ontpoppen in het Nederlands

ontpoppen:

ontpoppen werkwoord (ontpop, ontpopt, ontpopte, ontpopten, ontpopt)

  1. ontpoppen
    ontpoppen
    • ontpoppen werkwoord (ontpop, ontpopt, ontpopte, ontpopten, ontpopt)

Conjugations for ontpoppen:

o.t.t.
  1. ontpop
  2. ontpopt
  3. ontpopt
  4. ontpoppen
  5. ontpoppen
  6. ontpoppen
o.v.t.
  1. ontpopte
  2. ontpopte
  3. ontpopte
  4. ontpopten
  5. ontpopten
  6. ontpopten
v.t.t.
  1. ben ontpopt
  2. bent ontpopt
  3. is ontpopt
  4. zijn ontpopt
  5. zijn ontpopt
  6. zijn ontpopt
v.v.t.
  1. was ontpopt
  2. was ontpopt
  3. was ontpopt
  4. waren ontpopt
  5. waren ontpopt
  6. waren ontpopt
o.t.t.t.
  1. zal ontpoppen
  2. zult ontpoppen
  3. zal ontpoppen
  4. zullen ontpoppen
  5. zullen ontpoppen
  6. zullen ontpoppen
o.v.t.t.
  1. zou ontpoppen
  2. zou ontpoppen
  3. zou ontpoppen
  4. zouden ontpoppen
  5. zouden ontpoppen
  6. zouden ontpoppen
en verder
  1. heb mij ontpopt
  2. hebt jou ontpopt
  3. heeft zich ontpopt
  4. hebben ons ontpopt
  5. hebben jullie ontpopt
  6. hebben zich ontpopt
diversen
  1. ontpop!
  2. ontpopt!
  3. ontpopt
  4. ontpoppend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Verwante synoniemen voor ontpoppen