Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. overklimmen:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor overklimmen in het Nederlands

overklimmen:

overklimmen werkwoord (overklim, overklimt, overklom, overklommen, overklommen)

  1. overklimmen
    overklimmen
    • overklimmen werkwoord (overklim, overklimt, overklom, overklommen, overklommen)

Conjugations for overklimmen:

o.t.t.
  1. overklim
  2. overklimt
  3. overklimt
  4. overklimmen
  5. overklimmen
  6. overklimmen
o.v.t.
  1. overklom
  2. overklom
  3. overklom
  4. overklommen
  5. overklommen
  6. overklommen
v.t.t.
  1. ben overklommen
  2. bent overklommen
  3. is overklommen
  4. zijn overklommen
  5. zijn overklommen
  6. zijn overklommen
v.v.t.
  1. was overklommen
  2. was overklommen
  3. was overklommen
  4. waren overklommen
  5. waren overklommen
  6. waren overklommen
o.t.t.t.
  1. zal overklimmen
  2. zult overklimmen
  3. zal overklimmen
  4. zullen overklimmen
  5. zullen overklimmen
  6. zullen overklimmen
o.v.t.t.
  1. zou overklimmen
  2. zou overklimmen
  3. zou overklimmen
  4. zouden overklimmen
  5. zouden overklimmen
  6. zouden overklimmen
diversen
  1. overklim!
  2. overklimt!
  3. overklommen
  4. overklimmend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze