Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor poverheid in het Nederlands

poverheid:

poverheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de poverheid
    de karigheid; de schraalheid; de poverheid; de schamelheid; de armzaligheid

Verwante woorden van "poverheid":


poverheid vorm van pover:

pover bijvoeglijk naamwoord

  1. pover
    mager; pover; schraal; karig; berooid
    • mager bijvoeglijk naamwoord
    • pover bijvoeglijk naamwoord
    • schraal bijvoeglijk naamwoord
    • karig bijvoeglijk naamwoord
    • berooid bijvoeglijk naamwoord
  2. pover
    schraal; pover; mager; schamel; armzalig; karig
  3. pover
    arm; pover; berooid; armetierig
  4. pover
    armzalig; pover; luizig; armoedig; schooierig
  5. pover
    bekaaid; pover; schamel; er bekaaid afkomen
  6. pover
    sjofel; schamel; flodderig; verlopen; sjofeltjes; pover; haveloos; armoedig

Verwante woorden van "pover":