Overzicht


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor premie in het Nederlands

premie:

premie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de premie
    het tantième; de toeslag; de premie; de bonus; het extraatje
    • tantième [het ~] zelfstandig naamwoord
    • toeslag [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • premie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • bonus [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • extraatje [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. de premie
    extra beloning; de premie
  3. de premie
    de verzekeringspremie; de premie
  4. de premie
    – beloning of prijs die je krijgt 1
    de premie
    – beloning of prijs die je krijgt 1
    • premie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
      • er is een premie uitgeloofd voor de beste werker1
  5. de premie
    – wat je moet betalen voor een verzekering 1
    de premie
    – wat je moet betalen voor een verzekering 1
    • premie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
      • de premie voor de WW gaat omhoog1

Verwante woorden van "premie":

  • premies, premietje, premietjes

Antoniemen van "premie":


Verwante definities voor "premie":

  1. beloning of prijs die je krijgt1
    • er is een premie uitgeloofd voor de beste werker1
  2. wat je moet betalen voor een verzekering1
    • de premie voor de WW gaat omhoog1

Verwante synoniemen voor premie