Overzicht


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor schijf in het Nederlands

schijf:

schijf [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de schijf
    de schijf; grammofoon
  2. de schijf
    de moot; de schijf
    • moot [de ~] zelfstandig naamwoord
    • schijf [de ~] zelfstandig naamwoord
  3. de schijf
    de schijf; de telefoonschijf
  4. de schijf
    de damschijf; de schijf
    • damschijf [de ~] zelfstandig naamwoord
    • schijf [de ~] zelfstandig naamwoord
  5. de schijf
    de schijf; de schietschijf
  6. de schijf
    de schijf
    • schijf [de ~] zelfstandig naamwoord
  7. de schijf
    – schijfje voor in computer waar gegevens op kunnen 1
    de schijf; de diskette; de floppy
    – schijfje voor in computer waar gegevens op kunnen 1
    • schijf [de ~] zelfstandig naamwoord
      • op welk schijfje staat die geheime informatie?1
    • diskette [de ~] zelfstandig naamwoord
      • doe de diskette in de bovenste gleuf1
    • floppy [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
      • op deze floppy staat een nieuw spelletje1
  8. de schijf
    – plat rond stuk 1
    de schijf
    – plat rond stuk 1
    • schijf [de ~] zelfstandig naamwoord
      • wil je ook een schijfje worst?1

Verwante woorden van "schijf":

  • schijven

Alternatieve synoniemen voor "schijf":


Verwante definities voor "schijf":

  1. schijfje voor in computer waar gegevens op kunnen1
    • op welk schijfje staat die geheime informatie?1
  2. plat rond stuk1
    • wil je ook een schijfje worst?1