Overzicht


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor thuisland in het Nederlands

thuisland:

thuisland [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het thuisland
    het vaderland; land van herkomst; de bakermat; het thuisland; het geboorteland; land van oorsprong

Verwante woorden van "thuisland":

  • thuislanden