Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. vonken:
  2. vonk:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor vonken in het Nederlands

vonken:

vonken werkwoord (vonk, vonkt, vonkte, vonkten, gevonkt)

  1. vonken
    vonken
    • vonken werkwoord (vonk, vonkt, vonkte, vonkten, gevonkt)

Conjugations for vonken:

o.t.t.
  1. vonk
  2. vonkt
  3. vonkt
  4. vonken
  5. vonken
  6. vonken
o.v.t.
  1. vonkte
  2. vonkte
  3. vonkte
  4. vonkten
  5. vonkten
  6. vonkten
v.t.t.
  1. heb gevonkt
  2. hebt gevonkt
  3. heeft gevonkt
  4. hebben gevonkt
  5. hebben gevonkt
  6. hebben gevonkt
v.v.t.
  1. had gevonkt
  2. had gevonkt
  3. had gevonkt
  4. hadden gevonkt
  5. hadden gevonkt
  6. hadden gevonkt
o.t.t.t.
  1. zal vonken
  2. zult vonken
  3. zal vonken
  4. zullen vonken
  5. zullen vonken
  6. zullen vonken
o.v.t.t.
  1. zou vonken
  2. zou vonken
  3. zou vonken
  4. zouden vonken
  5. zouden vonken
  6. zouden vonken
diversen
  1. vonk!
  2. vonkt!
  3. gevonkt
  4. vonkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Verwante woorden van "vonken":


vonk:

vonk [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de vonk
    de vonk; de glinstering; flakker
    • vonk [de ~] zelfstandig naamwoord
    • glinstering [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • flakker [znw.] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "vonk":


Verwante synoniemen voor vonken