Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. aanvoering:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor aanvoering (Nederlands) in het Zweeds

aanvoering:

aanvoering [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de aanvoering (voorgaan; leiding; aanvoeren)
    ledning; ledande; frontposition

Vertaal Matrix voor aanvoering:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
frontposition aanvoeren; aanvoering; leiding; voorgaan
ledande aanvoeren; aanvoering; leiding; voorgaan
ledning aanvoeren; aanvoering; leiding; voorgaan beheer; besturen; bestuur; directie; geleiding; hoofdbestuur; kabel; kabelleiding; leiding; leidinggeven; management; politiek
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ledande aanvoerend; dominant; eerste; geleidend; gezaghebbend; leidend; maatgevend; richtinggevend; stroom doorgevend; toonaangevend; vooraanstaande
ledning geleid