Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. afstamming:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor afstamming (Nederlands) in het Zweeds

afstamming:

afstamming [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de afstamming (herkomst; origine; afkomst; komaf)
    ursprung; börd; härkomst
    • ursprung [-ett] zelfstandig naamwoord
    • börd [-en] zelfstandig naamwoord
    • härkomst [-en] zelfstandig naamwoord
  2. de afstamming
    föräldraskap

Vertaal Matrix voor afstamming:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
börd afkomst; afstamming; herkomst; komaf; origine
föräldraskap afstamming ouderschap
härkomst afkomst; afstamming; herkomst; komaf; origine afstammen; spruiten
ursprung afkomst; afstamming; herkomst; komaf; origine bakermat; oorsprong; oorsprongen

Verwante woorden van "afstamming":

  • afstammingen

Verwante vertalingen van afstamming