Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. bedaardheid:
  2. bedaard:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bedaardheid (Nederlands) in het Zweeds

bedaardheid:

bedaardheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de bedaardheid (geduld; gemak; kalmheid)
    lungnhet

Vertaal Matrix voor bedaardheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lungnhet bedaardheid; geduld; gemak; kalmheid

Verwante woorden van "bedaardheid":


Wiktionary: bedaardheid


Cross Translation:
FromToVia
bedaardheid rast; ro; vila; paus reposprivation, cessation de mouvement, d’activité ou d’effort,.

bedaard:

bedaard bijvoeglijk naamwoord

  1. bedaard (kalm; rustig; sereen; )
    stilla; fridfull; fridfullt
  2. bedaard (gelijkmoedig; rustig; kalm)
    lugnt; allvarlig; allvarligt; samlat; samlad
  3. bedaard (gedeisd; rustig; stil; kalm)
    lugnt; stilla
    • lugnt bijvoeglijk naamwoord
    • stilla bijvoeglijk naamwoord
  4. bedaard (sereen; stil; rustig; )
    rofyllt; fridfull; seren; fridfullt; serent

Vertaal Matrix voor bedaard:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
stilla stelpen; stillen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
allvarlig bedaard; gelijkmoedig; kalm; rustig dringend; ernstig; ingetogen; klemmend; met spoed; serieus; spoedeisend; stemmig; urgent; vol ernst
allvarligt bedaard; gelijkmoedig; kalm; rustig dringend; erg; ernstig; heel erg; ingetogen; klemmend; kwalijk; met spoed; serieus; spoedeisend; stemmig; urgent; van bedenkelijke aard; vol ernst
fridfull bedaard; gelijkmoedig; kalm; kalmpjes; onbewogen; rustig; sereen; stil; vredig; vreedzaam vredesgezind
fridfullt bedaard; gelijkmoedig; kalm; kalmpjes; onbewogen; rustig; sereen; stil; vredig; vreedzaam vredesgezind
lugnt bedaard; gedeisd; gelijkmoedig; kalm; rustig; stil amicaal; beheerst; effen; egaal; gelijk; gerust; geslepen; glad; kameraadschappelijk; plat; rustig; rustigjes; strak; vlak; vlakuit; vriendschappelijk
rofyllt bedaard; kalm; kalmpjes; rustig; sereen; stil; vredig; vreedzaam
samlad bedaard; gelijkmoedig; kalm; rustig
samlat bedaard; gelijkmoedig; kalm; rustig bijeengebracht; verzameld
seren bedaard; kalm; kalmpjes; rustig; sereen; stil; vredig; vreedzaam
serent bedaard; kalm; kalmpjes; rustig; sereen; stil; vredig; vreedzaam
stilla bedaard; gedeisd; gelijkmoedig; kalm; kalmpjes; onbewogen; rustig; sereen; stil bewegingloos; gerust; kalmpjes; onbeweeglijk; roerloos; rustig; rustig aan; stilletjes aan

Verwante woorden van "bedaard":