Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. belust:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor belust (Nederlands) in het Zweeds

belust:

belust bijvoeglijk naamwoord

  1. belust (happig)
    ivrig efter; ivrigt efter

Vertaal Matrix voor belust:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ivrig efter belust; happig gek van; verzot op
ivrigt efter belust; happig gek van; verzot op

Verwante woorden van "belust":

  • belustheid, beluste

Wiktionary: belust


Cross Translation:
FromToVia
belust lysten; snål avide — Qui a de l’avidité