Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. bereidvaardig:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bereidvaardig (Nederlands) in het Zweeds

bereidvaardig:

bereidvaardig bijvoeglijk naamwoord

  1. bereidvaardig (gewillig)
    villig; villigt; berett
  2. bereidvaardig (bereidwillig; welwillend)
    villig; villigt

Vertaal Matrix voor bereidvaardig:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
berett bereidvaardig; gewillig bedacht; gewapend; voorbereid
villig bereidvaardig; bereidwillig; gewillig; welwillend bereid; dolgraag; genegen; volgaarne
villigt bereidvaardig; bereidwillig; gewillig; welwillend bereid; genegen

Verwante woorden van "bereidvaardig":

  • bereidvaardigheid, bereidvaardige