Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. bijbelspreuk:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bijbelspreuk (Nederlands) in het Zweeds

bijbelspreuk:

bijbelspreuk [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de bijbelspreuk
    bibel tal

Vertaal Matrix voor bijbelspreuk:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bibel tal bijbelspreuk