Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. bres:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bres (Nederlands) in het Zweeds

bres:

bres [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de bres (opening; gat)
    bräcka; brytning; lucka; rämna; bräsch
    • bräcka [-en] zelfstandig naamwoord
    • brytning [-en] zelfstandig naamwoord
    • lucka [-en] zelfstandig naamwoord
    • rämna [-en] zelfstandig naamwoord
    • bräsch [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor bres:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
brytning bres; gat; opening borstwering; lichtbreking; straalbreking
bräcka bres; gat; opening gebrek; manco; zwakheid
bräsch bres; gat; opening
lucka bres; gat; opening gaping; hiaat; lacune; leegte; leemte; luik; onderdeur
rämna bres; gat; opening insnijding; kiertje; split
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bräcka wrikken
rämna openrukken

Verwante woorden van "bres":

  • bressen