Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. crashen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor crashen (Nederlands) in het Zweeds

crashen:

crashen

  1. crashen (vastlopen)
    krascha
    • krascha werkwoord (kraschar, kraschade, kraschat)

Vertaal Matrix voor crashen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
krascha crashen; vastlopen knallen; vastlopen; verongelukken