Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. frame:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor frame (Nederlands) in het Zweeds

frame:

frame [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het frame (raamwerk; geraamte; skelet)
    resning; konstruktion; stomme; skelett
  2. het frame
    ram
    • ram [-en] zelfstandig naamwoord
  3. het frame

Vertaal Matrix voor frame:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
konstruktion frame; geraamte; raamwerk; skelet aanleggen; bouw; bouwsector; bouwsel; constructie; fabricage; opbouw; opbouwen; ordening; organisatie; samengesteld geheel; samenstelling; structuur; systeem
ram frame chassis; constitutie; geraamte; gestel; karkas; lijstwerk
resning frame; geraamte; raamwerk; skelet opstand; rebellie; tegenstand; verzet; weerstand
skelett frame; geraamte; raamwerk; skelet botten; chassis; gebeente; geraamte; karkas; scharminkel; skelet
stomme frame; geraamte; raamwerk; skelet chassis; geraamte; karkas; lijstwerk
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
bildruta frame

Verwante woorden van "frame":

  • frames

Wiktionary: frame


Cross Translation:
FromToVia
frame ställning; stomme; chassi; bågar; ram Gestell — Vorrichtung, die für etwas zur Befestigung bzw. als Träger dient