Nederlands
Uitgebreide vertaling voor gezag (Nederlands) in het Zweeds
gezag:
-
het gezag (regering; gouvernement; kabinet)
-
het gezag (heerschappij; autoriteit; macht)
-
het gezag (gezaghebbers; autoriteiten)
-
het gezag (macht)
Vertaal Matrix voor gezag:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
auktoritet | autoriteiten; gezag; gezaghebbers; macht | autoriteit; gezagsorgaan; instantie; overheidsinstelling; overheidslichaam |
herravälde | autoriteit; gezag; heerschappij; macht | beheersing; mate van bekwaamheid; meesterschap |
makt | autoriteit; gezag; heerschappij; macht | beheersing; capaciteit; kracht; mate van bekwaamheid; mogendheden; mogendheid; vermogen |
makthavare | autoriteiten; gezag; gezaghebbers | gezaghebbenden; gezaghebbers; hogerhand |
myndighet | autoriteit; gezag; heerschappij; macht | beheersing; gezaghebber; gezagsdrager; mate van bekwaamheid |
riksdag | gezag; gouvernement; kabinet; regering | Kamer der Staten-Generaal; kabinet; kamer; parlement; rijksdag |
övervälde | autoriteit; gezag; heerschappij; macht | hegemonie; suprematie |
- | autoriteit |