Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. glorie:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor glorie (Nederlands) in het Zweeds

glorie:

glorie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de glorie
    ståt; glans; prakt; storslagenhet
    • ståt [-en] zelfstandig naamwoord
    • glans [-en] zelfstandig naamwoord
    • prakt [-en] zelfstandig naamwoord
    • storslagenhet [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor glorie:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
glans glorie fonkelen; fonkeling; glans; glanslaag; glanzen; glimmen; glimp; glitter; gloed; licht verspreiden; luister; schijnen; schitteren; schittering; sprankelen; vleugje
prakt glorie glans; luister; luxe; overvloed; praal; pracht; pronk; weelde; weelderigheid
storslagenhet glorie
ståt glorie gepraal; glans; luister; praal; praalzucht; pracht; pronk

Verwante woorden van "glorie":

  • glories

Wiktionary: glorie


Cross Translation:
FromToVia
glorie prakt glory — great beauty or splendour
glorie glans Glanzübertragen: besonderer, auffälliger Zustand