Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. gribus:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor gribus (Nederlands) in het Zweeds

gribus:

gribus [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de gribus (achterbuurt; krottenwijk; krottenbuurt)
    slum; bakgata
    • slum zelfstandig naamwoord
    • bakgata [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor gribus:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bakgata achterbuurt; gribus; krottenbuurt; krottenwijk
slum achterbuurt; gribus; krottenbuurt; krottenwijk armenwijk; hutje; kot; krot; krottenbuurt; krottenwijk; sloppenwijk

Verwante woorden van "gribus":

  • gribussen