Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. homofiel:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor homofiel (Nederlands) in het Zweeds

homofiel:

homofiel bijvoeglijk naamwoord

  1. homofiel (homoseksueel; homo)
    homosexuell; homosexuellt

homofiel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de homofiel (homoseksueel; homo)
    bög; homosexuell

Vertaal Matrix voor homofiel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bög homo; homofiel; homoseksueel flikker; homo; homoseksueel; mietje; nicht; poot
homosexuell homo; homofiel; homoseksueel flikker; homo; homoseksueel; mietje; nicht; poot
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
homosexuell homo; homofiel; homoseksueel homosexueel
homosexuellt homo; homofiel; homoseksueel

Verwante woorden van "homofiel":

  • homofielen, homofiele

Wiktionary: homofiel


Cross Translation:
FromToVia
homofiel bög; gay; homo; homosexuell gay — homosexual
homofiel homosexuell homosexuel — Personne sexuellement attirée par les personnes du même sexe