Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. huisbel:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor huisbel (Nederlands) in het Zweeds

huisbel:

huisbel [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de huisbel
    dörrklocka

Vertaal Matrix voor huisbel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dörrklocka huisbel bel; deurbel; schel; schellen

Verwante woorden van "huisbel":

  • huisbellen