Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. imploderen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor imploderen (Nederlands) in het Zweeds

imploderen:

imploderen werkwoord

  1. imploderen (instorten)
    ströta in; implodera
    • ströta in werkwoord (strötar in, strötade in, strötat in)
    • implodera werkwoord (imploderar, imploderade, imploderat)

Vertaal Matrix voor imploderen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
implodera imploderen; instorten
ströta in imploderen; instorten