Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. inboorlinge:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor inboorlinge (Nederlands) in het Zweeds

inboorlinge:

inboorlinge [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. inboorlinge
    infödd; inföding

Vertaal Matrix voor inboorlinge:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
infödd inboorlinge autochtoon; inboorling; ingeborene; inlander; naturel; oorpronkelijke bewoner
inföding inboorlinge naturel
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
infödd autochtoon; inheems; inheemse; inlands; inlandse