Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. ketel:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor ketel (Nederlands) in het Zweeds

ketel:

ketel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de ketel (kookketel)
    kastrull; kittel
    • kastrull [-en] zelfstandig naamwoord
    • kittel [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor ketel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kastrull ketel; kookketel kookpot; pot; steelpan; stoofpan
kittel ketel; kookketel kriebeling

Verwante woorden van "ketel":

  • ketels, keteltje, keteltjes

Wiktionary: ketel

ketel
noun
  1. een meestal rond metalen vat, vaak geschikt om onder druk gezet te worden

Cross Translation:
FromToVia
ketel kittel cauldron — large bowl-shaped pot
ketel masugn furnace — device for heating in a factory, melting metals, etc
ketel kittel chaudron — (cuisine) Petite chaudière, grosse marmite, généralement en cuivre qui a une anse et qui servir pour les usages de la cuisine.

Verwante vertalingen van ketel