Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. knipjes:
  2. knip:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor knipjes (Nederlands) in het Zweeds

knipjes:

knipjes [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. knipjes
    stycken; bitar

Vertaal Matrix voor knipjes:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bitar knipjes barrels; delen; hoeveelheid bits; parten; partjes; porties; segmenten; stukken
stycken knipjes

Verwante woorden van "knipjes":


knipjes vorm van knip:

knip [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de knip (portemonnaie; portemonnee; portefeuille; beurs)
    plånbok; portemonaie
  2. de knip (deurknip)
    bult; låskolv; åskvigg
    • bult [-en] zelfstandig naamwoord
    • låskolv [-en] zelfstandig naamwoord
    • åskvigg zelfstandig naamwoord
  3. de knip (knipsluiting; knipslot)
    knäpp lock
  4. de knip (sluitinrichting voor deur of raam; grendel; schuif)
    regel
    • regel [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor knip:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bult deurknip; knip grendel; klem; pen; pin; rolbeugel; schoot; schuif; tapbout; tong; verschuifbare sluiting
knäpp lock knip; knipslot; knipsluiting
låskolv deurknip; knip
plånbok beurs; knip; portefeuille; portemonnaie; portemonnee geldbuidel
portemonaie beurs; knip; portefeuille; portemonnaie; portemonnee
regel grendel; knip; schuif; sluitinrichting voor deur of raam dienstvoorschrift; filter; grendel; regel; reglement; reglementering; richtlijn; richtsnoer; schoot; schuif; stelregel; tong; verschuifbare sluiting; voorschrift
åskvigg deurknip; knip bliksem; bliksemflits; bliksemschicht; bliksemslag; flits

Verwante woorden van "knip":