Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. linten:
  2. lint:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor linten (Nederlands) in het Zweeds

linten:

linten [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de linten
    band; remsor
    • band [-ett] zelfstandig naamwoord
    • remsor zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor linten:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
band linten aansluiting; band; bandjes; binding; blaaskapel; cassette; cassettebandje; connectie; draagband; draagriem; fanfare; fanfarekorps; galon; gebondenheid; geluidsband; harmonie; inktlint; kapel; kapellen; koorden; liaison; link; lintje; magneetband; muziekgezelschappen; muziekkorps; omzoming; relatie; samenhang; snoeren; strook; tres; verband; verbinding
remsor linten reepjes; strepen

Verwante woorden van "linten":


lint:

lint [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het lint (haarlint; haarband)
    hårband
  2. het lint (politielint; afzetlint)
    linje; avspärringskedja; kordong
  3. het lint

Vertaal Matrix voor lint:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
avspärringskedja afzetlint; lint; politielint
hårband haarband; haarlint; lint
kordong afzetlint; lint; politielint kordon; passement; passementerie; versierende omzoming
linje afzetlint; lint; politielint lijn; lijntje; linie; linietroepen; polis; regel; roeitochtje; rooilijn; schriftlijn; streep; streepje
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
menyflikar lint Elementengalerie

Verwante woorden van "lint":


Wiktionary: lint


Cross Translation:
FromToVia
lint band; bandornament rubanbande étroite de tissu qui est plate et mince.