Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. oester:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor oester (Nederlands) in het Zweeds

oester:

oester [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de oester
    ostron
    • ostron [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor oester:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ostron oester

Verwante woorden van "oester":

  • oesters, oestertje, oestertjes

Wiktionary: oester

oester
noun
  1. een weekdier met één platte en één bolle schelp

Cross Translation:
FromToVia
oester ostron huitre — Mollusque de mer
oester ostron huître — zool|fr mollusque marin bivalves, à la chair translucide, utilisé pour la production de perles et de nacre ou pour la consommation humaine.