Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor onnadenkendheid (Nederlands) in het Zweeds

onnadenkendheid:

onnadenkendheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de onnadenkendheid (gedachteloosheid)
    tankefattighet; tanklöshet

Vertaal Matrix voor onnadenkendheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tankefattighet gedachteloosheid; onnadenkendheid
tanklöshet gedachteloosheid; onnadenkendheid

Verwante woorden van "onnadenkendheid":


onnadenkendheid vorm van onnadenkend:

onnadenkend bijvoeglijk naamwoord

  1. onnadenkend (ondoordacht; onbesuisd; onberaden)
    våghalsig; tanklös; tanklöst; våghalsigt; obetänksamt
  2. onnadenkend (onbedachtzaam; onvoorzichtig; roekeloos; lichtzinnig)
    oomtänksam; tanklöst; oomtänksamt

Vertaal Matrix voor onnadenkend:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
obetänksamt onberaden; onbesuisd; ondoordacht; onnadenkend absent; achteloos; afwezig; gedachteloos; lichthoofdig; lichtzinnig; onattent; onbezonnen; ondoordacht; onwillekeurig; overhaast; overijld; voorbarig; werktuiglijk; zonder erbij na te denken
oomtänksam lichtzinnig; onbedachtzaam; onnadenkend; onvoorzichtig; roekeloos onbedacht
oomtänksamt lichtzinnig; onbedachtzaam; onnadenkend; onvoorzichtig; roekeloos onbedacht
tanklös onberaden; onbesuisd; ondoordacht; onnadenkend absent; afwezig; gedachteloos; nonchalant; onattent; onoverdacht
tanklöst lichtzinnig; onbedachtzaam; onberaden; onbesuisd; ondoordacht; onnadenkend; onvoorzichtig; roekeloos absent; achteloos; afwezig; gedachteloos; lichthoofdig; lichtzinnig; nonchalant; onattent; onbedacht; onoverdacht; onwillekeurig; werktuiglijk; zonder erbij na te denken
våghalsig onberaden; onbesuisd; ondoordacht; onnadenkend halsbrekend; overmoedig; roekeloos; vermetel; waaghalzig
våghalsigt onberaden; onbesuisd; ondoordacht; onnadenkend halsbrekend; overmoedig; roekeloos; vermetel; waaghalzig

Verwante woorden van "onnadenkend":