Nederlands

Uitgebreide vertaling voor ontwikkeld (Nederlands) in het Zweeds

ontwikkeld:

ontwikkeld bijvoeglijk naamwoord

  1. ontwikkeld (ontgonnen)
    utveklad; utveklat
  2. ontwikkeld (geciviliseerd; beschaafd; gecultiveerd)
    bildad; kultiverad
  3. ontwikkeld (gestudeerd; erudiet; wijs; )
    universitetsutbildat; lärt; akademisk; beläst; akademiskt

Vertaal Matrix voor ontwikkeld:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beläst geletterde
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
akademisk belezen; erudiet; geletterd; gestudeerd; hooggeleerd; ontwikkeld; wijs; zeer geleerd; zeer ontwikkeld academisch; akademisch; theoretisch; universitair
akademiskt belezen; erudiet; geletterd; gestudeerd; hooggeleerd; ontwikkeld; wijs; zeer geleerd; zeer ontwikkeld academisch; akademisch; theoretisch
beläst belezen; erudiet; geletterd; gestudeerd; hooggeleerd; ontwikkeld; wijs; zeer geleerd; zeer ontwikkeld
bildad beschaafd; geciviliseerd; gecultiveerd; ontwikkeld geleerd; intelligent; slim; wijs
kultiverad beschaafd; geciviliseerd; gecultiveerd; ontwikkeld
lärt belezen; erudiet; geletterd; gestudeerd; hooggeleerd; ontwikkeld; wijs; zeer geleerd; zeer ontwikkeld
universitetsutbildat belezen; erudiet; geletterd; gestudeerd; hooggeleerd; ontwikkeld; wijs; zeer geleerd; zeer ontwikkeld
utveklad ontgonnen; ontwikkeld
utveklat ontgonnen; ontwikkeld

Verwante woorden van "ontwikkeld":

  • ontwikkelder, ontwikkeldere

ontwikkelen:

ontwikkelen werkwoord (ontwikkel, ontwikkelt, ontwikkelde, ontwikkelden, ontwikkeld)

  1. ontwikkelen (evolueren)
    utveckla
  2. ontwikkelen (oefenen; trainen)
    öva; träna
    • öva werkwoord (övar, övade, övat)
    • träna werkwoord (tränar, tränade, tränat)
  3. ontwikkelen (beschaven; cultiveren; civiliseren)
    odla; civilisera
    • odla werkwoord (odlar, odlade, odlat)
    • civilisera werkwoord (civiliserar, civiliserade, civiliserat)
  4. ontwikkelen (tot wasdom komen; ontplooien)
    växa i storlek
    • växa i storlek werkwoord (växer i storlek, växte i storlek, växt i storlek)

Conjugations for ontwikkelen:

o.t.t.
  1. ontwikkel
  2. ontwikkelt
  3. ontwikkelt
  4. ontwikkelen
  5. ontwikkelen
  6. ontwikkelen
o.v.t.
  1. ontwikkelde
  2. ontwikkelde
  3. ontwikkelde
  4. ontwikkelden
  5. ontwikkelden
  6. ontwikkelden
v.t.t.
  1. heb ontwikkeld
  2. hebt ontwikkeld
  3. heeft ontwikkeld
  4. hebben ontwikkeld
  5. hebben ontwikkeld
  6. hebben ontwikkeld
v.v.t.
  1. had ontwikkeld
  2. had ontwikkeld
  3. had ontwikkeld
  4. hadden ontwikkeld
  5. hadden ontwikkeld
  6. hadden ontwikkeld
o.t.t.t.
  1. zal ontwikkelen
  2. zult ontwikkelen
  3. zal ontwikkelen
  4. zullen ontwikkelen
  5. zullen ontwikkelen
  6. zullen ontwikkelen
o.v.t.t.
  1. zou ontwikkelen
  2. zou ontwikkelen
  3. zou ontwikkelen
  4. zouden ontwikkelen
  5. zouden ontwikkelen
  6. zouden ontwikkelen
en verder
  1. ben ontwikkeld
  2. bent ontwikkeld
  3. is ontwikkeld
  4. zijn ontwikkeld
  5. zijn ontwikkeld
  6. zijn ontwikkeld
diversen
  1. ontwikkel!
  2. ontwikkelt!
  3. ontwikkeld
  4. ontwikkelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

ontwikkelen [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. ontwikkelen (beschaven; cultiveren; vormen)
    civilserad

Vertaal Matrix voor ontwikkelen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
civilserad beschaven; cultiveren; ontwikkelen; vormen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
civilisera beschaven; civiliseren; cultiveren; ontwikkelen
odla beschaven; civiliseren; cultiveren; ontwikkelen aankweken; aanplanten; aardappelen poten; fokken; genereren; groeien; groot worden; kweken; ontginnen; opgroeien; opkweken; planten; poten; procreëren; telen; verbouwen; voor landbouw klaar maken; voortbrengen
träna oefenen; ontwikkelen; trainen africhten; bekwamen; bijbrengen; coachen; dier africhten; doceren; dresseren; harden; oefenen; onderrichten; onderwijzen; opleiden; scholen; trainen
utveckla evolueren; ontwikkelen; tot ontwikkeling brengen bouwrijp maken; ontginnen; ontplooien; openklappen; uiteenvouwen; volgroeien; volwassen worden; voor landbouw klaar maken
växa i storlek ontplooien; ontwikkelen; tot wasdom komen
öva oefenen; ontwikkelen; trainen bekwamen; coachen; exerceren; harden; herhalen; instuderen; leren; oefenen; opleiden; repeteren; scholen; trainen

Verwante definities voor "ontwikkelen":

  1. het beter worden1
    • sport ontwikkelt het lichaam1
  2. het ontwerpen en uitvoeren1
    • wie van jullie heeft dit plan ontwikkeld?1
  3. ontstaan1
    • er ontwikkelde zich een discussie1
  4. opnames zichtbaar maken1
    • het filmpje moet ontwikkeld worden1

Wiktionary: ontwikkelen


Cross Translation:
FromToVia
ontwikkelen utveckla develop — to progress
ontwikkelen utveckla develop — to create
ontwikkelen framkalla develop — to bring out photographic images
ontwikkelen utveckla entwickelnallgemein: sich etwas ausdenken, planen
ontwikkelen utveckla sig entwickelnBiologie, reflexiv: sich zum Erwachsenen bzw. erwachsenen Tier verändern
ontwikkelen utveckla sig entwickelnBiologie, reflexiv: aus älteren Lebensformen entstehen (Evolution)
ontwikkelen rulla upp; utbreda; utveckla dérouler — Traductions à trier suivant le sens
ontwikkelen förklara; utlägga développerdégager une chose de ce qui l’envelopper.

Verwante vertalingen van ontwikkeld