Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. opruier:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor opruier (Nederlands) in het Zweeds

opruier:

opruier [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de opruier (stokebrand; agitator; intrigant; opstoker; stoker)
    rebell; provokatör; uppviglare; orosstiftare; hetsare

Vertaal Matrix voor opruier:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hetsare agitator; intrigant; opruier; opstoker; stokebrand; stoker treiter
orosstiftare agitator; intrigant; opruier; opstoker; stokebrand; stoker druktemaker; herrieschopper; oproerkraaier; rustverstoorder; stokebrand; stokebranden; zenuwlijder
provokatör agitator; intrigant; opruier; opstoker; stokebrand; stoker
rebell agitator; intrigant; opruier; opstoker; stokebrand; stoker opstandeling; opstandelinge; rebel; rebelle
uppviglare agitator; intrigant; opruier; opstoker; stokebrand; stoker gebroed; gespuis; herrieschopper; oproerkraaier; provocateur; rustverstoorder; stokebrand; stokebranden

Verwante woorden van "opruier":