Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. prins:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor prins (Nederlands) in het Zweeds

prins:

prins [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de prins (troonpretendent; succeseur; kroonprins; )
    kron prins

Vertaal Matrix voor prins:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kron prins infante; kroonprins; kroonprinses; pretendent; pretendente; prins; succeseur; troonopvolger; troonpretendent

Verwante woorden van "prins":

  • prinsen

Verwante definities voor "prins":

  1. titel van de man van de koningin1
    • de man van koningin Beatrix is prins Claus1
  2. zoon van koning of koningin1
    • prins Willem Alexander is de zoon van de koningin1

Wiktionary: prins


Cross Translation:
FromToVia
prins prins Prinz — Der Sohn eines Königs
prins furste prince — male ruler or head of a principality

Verwante vertalingen van prins