Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. punctueel:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor punctueel (Nederlands) in het Zweeds

punctueel:

punctueel bijvoeglijk naamwoord

  1. punctueel (stipt; strikt; precies; exact)
    punktlig; punktligt

Vertaal Matrix voor punctueel:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
punktlig exact; precies; punctueel; stipt; strikt conscientieus; nauwgezet; nauwkeurig; zorgvuldig
punktligt exact; precies; punctueel; stipt; strikt conscientieus; nauwgezet; nauwkeurig; precies; stipt; zorgvuldig

Verwante woorden van "punctueel":

  • punctuele

Wiktionary: punctueel


Cross Translation:
FromToVia
punctueel ackurat; prompt exact — Qui suivre rigoureusement la vérité, la convention.
punctueel punktlig; ackurat; prompt ponctuel — Qui est exact
punctueel ackurat; prompt; regelmässig régulier — Qui a de la régularité, qui est conforme à des règles, soit naturelles, soit de convention ; qui est constant, uniforme.