Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. roteren:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor roteren (Nederlands) in het Zweeds

roteren:

roteren werkwoord (roteer, roteert, roteerde, roteerden, geroteerd)

  1. roteren (wentelen; draaien; rollen; ronddraaien; kantelen)
    vända sig
    • vända sig werkwoord (vänder sig, vändde sig, vänt sig)

Conjugations for roteren:

o.t.t.
  1. roteer
  2. roteert
  3. roteert
  4. roteren
  5. roteren
  6. roteren
o.v.t.
  1. roteerde
  2. roteerde
  3. roteerde
  4. roteerden
  5. roteerden
  6. roteerden
v.t.t.
  1. ben geroteerd
  2. bent geroteerd
  3. is geroteerd
  4. zijn geroteerd
  5. zijn geroteerd
  6. zijn geroteerd
v.v.t.
  1. was geroteerd
  2. was geroteerd
  3. was geroteerd
  4. waren geroteerd
  5. waren geroteerd
  6. waren geroteerd
o.t.t.t.
  1. zal roteren
  2. zult roteren
  3. zal roteren
  4. zullen roteren
  5. zullen roteren
  6. zullen roteren
o.v.t.t.
  1. zou roteren
  2. zou roteren
  3. zou roteren
  4. zouden roteren
  5. zouden roteren
  6. zouden roteren
en verder
  1. heb geroteerd
  2. hebt geroteerd
  3. heeft geroteerd
  4. hebben geroteerd
  5. hebben geroteerd
  6. hebben geroteerd
diversen
  1. roteer!
  2. roteert!
  3. geroteerd
  4. roterend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor roteren:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
vända sig draaien; kantelen; rollen; ronddraaien; roteren; wentelen draaien; omklappen; omrollen; omwentelen; wenden; zich omdraaien; zwenken

Synoniemen voor "roteren":


Verwante definities voor "roteren":

  1. draaien om een as1
    • dit onderdeel van de machine roteert1