Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. scheefheid:
  2. scheef:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor scheefheid (Nederlands) in het Zweeds

scheefheid:

scheefheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de scheefheid (scheefte; schuinheid; schuinte)
    skevhet; snedhet

Vertaal Matrix voor scheefheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
skevhet scheefheid; scheefte; schuinheid; schuinte
snedhet scheefheid; scheefte; schuinheid; schuinte

Verwante woorden van "scheefheid":


scheefheid vorm van scheef:

scheef bijvoeglijk naamwoord

  1. scheef (schuin; dwars)
    skev; snett; lutande; skevt
    • skev bijvoeglijk naamwoord
    • snett bijvoeglijk naamwoord
    • lutande bijvoeglijk naamwoord
    • skevt bijvoeglijk naamwoord
  2. scheef (asymmetrisch)

Vertaal Matrix voor scheef:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lutande leunen
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lutande dwars; scheef; schuin
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
snedställning asymmetrisch; scheef
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
skev dwars; scheef; schuin
skevt dwars; scheef; schuin verbogen
snett dwars; scheef; schuin

Verwante woorden van "scheef":


Antoniemen van "scheef":


Verwante definities voor "scheef":

  1. niet evenwijdig met iets anders1
    • de plaat hangt scheef aan de wand1
  2. niet zoals het moet, onjuist1
    • dat is een scheve voorstelling van zaken1

Wiktionary: scheef


Cross Translation:
FromToVia
scheef skev lopsided — not balanced

Computer vertaling door derden: