Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. schlemielen:
  2. schlemiel:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor schlemielen (Nederlands) in het Zweeds

schlemielen:

schlemielen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de schlemielen
    olycksfåglar

Vertaal Matrix voor schlemielen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
olycksfåglar schlemielen

Verwante woorden van "schlemielen":


schlemielen vorm van schlemiel:

schlemiel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de schlemiel (watje; slemiel; sukkel; slungel)
    träskalle; drummel; dumhuvud; dulle

Vertaal Matrix voor schlemiel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
drummel schlemiel; slemiel; slungel; sukkel; watje donderstraal; hufter; kinkel; klootzak; lomperik; lummel; pummel; vlegel
dulle schlemiel; slemiel; slungel; sukkel; watje
dumhuvud schlemiel; slemiel; slungel; sukkel; watje dom gansje; dom wicht; domkop; domme gans; domme koe; leeghoofdje; sufferdje
träskalle schlemiel; slemiel; slungel; sukkel; watje

Verwante woorden van "schlemiel":