Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. schromen:
  2. schroom:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor schromen (Nederlands) in het Zweeds

schromen:

schromen werkwoord (schroom, schroomt, schroomde, schroomden, geschroomd)

  1. schromen
    frukta
    • frukta werkwoord (fruktar, fruktade, fruktat)

Conjugations for schromen:

o.t.t.
  1. schroom
  2. schroomt
  3. schroomt
  4. schroomen
  5. schroomen
  6. schroomen
o.v.t.
  1. schroomde
  2. schroomde
  3. schroomde
  4. schroomden
  5. schroomden
  6. schroomden
v.t.t.
  1. heb geschroomd
  2. hebt geschroomd
  3. heeft geschroomd
  4. hebben geschroomd
  5. hebben geschroomd
  6. hebben geschroomd
v.v.t.
  1. had geschroomd
  2. had geschroomd
  3. had geschroomd
  4. hadden geschroomd
  5. hadden geschroomd
  6. hadden geschroomd
o.t.t.t.
  1. zal schromen
  2. zult schromen
  3. zal schromen
  4. zullen schromen
  5. zullen schromen
  6. zullen schromen
o.v.t.t.
  1. zou schromen
  2. zou schromen
  3. zou schromen
  4. zouden schromen
  5. zouden schromen
  6. zouden schromen
en verder
  1. ben geschroomd
  2. bent geschroomd
  3. is geschroomd
  4. zijn geschroomd
  5. zijn geschroomd
  6. zijn geschroomd
diversen
  1. schroom!
  2. schroomt!
  3. geschroomd
  4. schromend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor schromen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
frukta schichtigheid
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
frukta schromen beducht zijn

Verwante woorden van "schromen":


Wiktionary: schromen


Cross Translation:
FromToVia
schromen tveka barguigner — (familier, fr) hésiter, avoir de la peine à se déterminer, particulièrement quand il s’agir d’un achat, d’une affaire, d’un traité.
schromen vara rädd; vara rädd för craindre — Envisager quelqu’un ou quelque chose comme nuisible ou dangereux.
schromen tveka hésiter — Être incertain, indécis sur le parti, sur la résolution que l’on doit prendre.
schromen vara rädd; vara rädd för redouter — Craindre fort.

schromen vorm van schroom:

schroom [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de schroom (gêne; verlegenheid; gegeneerdheid)
    förlägenhet
  2. de schroom (verlegenheid; bedeesdheid; timiditeit; geslotenheid; schuwheid)
    blyghet
    • blyghet [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor schroom:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
blyghet bedeesdheid; beschroomdheid; geslotenheid; schroom; schuwheid; timiditeit; verlegenheid bleuheid; eenkennigheid; schuchterheid; schuwheid
förlägenhet gegeneerdheid; gêne; schroom; verlegenheid

Verwante woorden van "schroom":


Wiktionary: schroom


Cross Translation:
FromToVia
schroom fruktan; rädsla crainte — Action de craindre
schroom oro; ängslan inquiétudeétat de celui qui est inquiet, qui n’a pas le repos moral.