Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. smeerseltje:
  2. smeersel:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor smeerseltje (Nederlands) in het Zweeds

smeerseltje:

smeerseltje [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het smeerseltje (huidcrème; crème)
    hudkräm; kräm
    • hudkräm [-en] zelfstandig naamwoord
    • kräm [-en] zelfstandig naamwoord
  2. het smeerseltje (smeersel; zalf; balsem; smeer; smeerzalf)
    smörjelse; salva; ingnidningsmedel

Vertaal Matrix voor smeerseltje:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hudkräm crème; huidcrème; smeerseltje
ingnidningsmedel balsem; smeer; smeersel; smeerseltje; smeerzalf; zalf
kräm crème; huidcrème; smeerseltje
salva balsem; smeer; smeersel; smeerseltje; smeerzalf; zalf salvovuur
smörjelse balsem; smeer; smeersel; smeerseltje; smeerzalf; zalf

Verwante woorden van "smeerseltje":


smeerseltje vorm van smeersel:

smeersel [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het smeersel (zalf; balsem; smeerseltje; smeer; smeerzalf)
    smörjelse; salva; ingnidningsmedel

Vertaal Matrix voor smeersel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ingnidningsmedel balsem; smeer; smeersel; smeerseltje; smeerzalf; zalf
salva balsem; smeer; smeersel; smeerseltje; smeerzalf; zalf salvovuur
smörjelse balsem; smeer; smeersel; smeerseltje; smeerzalf; zalf

Verwante woorden van "smeersel":


Wiktionary: smeersel


Cross Translation:
FromToVia
smeersel fett graisse — À trier