Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. spaan:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor spaan (Nederlands) in het Zweeds

spaan:

spaan [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de spaan (roeispaan)
    åra; roddare
    • åra [-en] zelfstandig naamwoord
    • roddare [-en] zelfstandig naamwoord
  2. de spaan (houtspaander; houtkrul)
    trä spån

Vertaal Matrix voor spaan:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
roddare roeispaan; spaan roeier
trä spån houtkrul; houtspaander; spaan
åra roeispaan; spaan riem; roeiriem

Verwante woorden van "spaan":

  • spanen, spaantje, spaantjes

Computer vertaling door derden: