Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. spionnen:
  2. spion:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor spionnen (Nederlands) in het Zweeds

spionnen:

spionnen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de spionnen (geheim agenten)
    spioner; hemliga agenter

Vertaal Matrix voor spionnen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hemliga agenter geheim agenten; spionnen
spioner geheim agenten; spionnen aanbrengers; stille verklikkers; verklikkers

Verwante woorden van "spionnen":


spion:

spion [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de spion (infiltrant; binnendringer)
    infiltrant; inbrytare

Vertaal Matrix voor spion:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
inbrytare binnendringer; infiltrant; spion
infiltrant binnendringer; infiltrant; spion

Verwante woorden van "spion":


Wiktionary: spion


Cross Translation:
FromToVia
spion spion spy — person who secretly watches
spion kunskapare; snok; spejare; spion espion — Personne qui espionne