Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. tweesprongen:
  2. tweesprong:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor tweesprongen (Nederlands) in het Zweeds

tweesprongen:

tweesprongen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de tweesprongen
    tvärgator; korsvägar

Vertaal Matrix voor tweesprongen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
korsvägar tweesprongen
tvärgator tweesprongen

Verwante woorden van "tweesprongen":


tweesprongen vorm van tweesprong:

tweesprong [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de tweesprong (wegsplitsing)
    vägkorsning

Vertaal Matrix voor tweesprong:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
vägkorsning tweesprong; wegsplitsing viersprong

Verwante woorden van "tweesprong":