Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. vloek:
  2. vloeken:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor vloek (Nederlands) in het Zweeds

vloek:

vloek [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de vloek (verwensing; vervloeking; banvloek; vertikking)
    förbannelse

Vertaal Matrix voor vloek:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
förbannelse banvloek; vertikking; vervloeking; verwensing; vloek verdoemenis

Verwante woorden van "vloek":


Wiktionary: vloek


Cross Translation:
FromToVia
vloek förbannelse curse — supernatural detriment
vloek svordom; svärord swear word — impolite or offensive taboo word
vloek förbannelse Fluch — (im Zorn) gesagte Verwünschung
vloek förbannelse malédiction — Action de maudire, résultat de cette action (1)

vloek vorm van vloeken:

vloeken werkwoord (vloek, vloekt, vloekte, vloekten, gevloekt)

  1. vloeken
    svära; förbanna
    • svära werkwoord (svärar, svärade, svärat)
    • förbanna werkwoord (förbannar, förbannade, förbannat)

Conjugations for vloeken:

o.t.t.
  1. vloek
  2. vloekt
  3. vloekt
  4. vloeken
  5. vloeken
  6. vloeken
o.v.t.
  1. vloekte
  2. vloekte
  3. vloekte
  4. vloekten
  5. vloekten
  6. vloekten
v.t.t.
  1. heb gevloekt
  2. hebt gevloekt
  3. heeft gevloekt
  4. hebben gevloekt
  5. hebben gevloekt
  6. hebben gevloekt
v.v.t.
  1. had gevloekt
  2. had gevloekt
  3. had gevloekt
  4. hadden gevloekt
  5. hadden gevloekt
  6. hadden gevloekt
o.t.t.t.
  1. zal vloeken
  2. zult vloeken
  3. zal vloeken
  4. zullen vloeken
  5. zullen vloeken
  6. zullen vloeken
o.v.t.t.
  1. zou vloeken
  2. zou vloeken
  3. zou vloeken
  4. zouden vloeken
  5. zouden vloeken
  6. zouden vloeken
diversen
  1. vloek!
  2. vloekt!
  3. gevloekt
  4. vloekend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor vloeken:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
förbanna ban; kerkban
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
förbanna vloeken bannen; bezweren; ketteren; uitbannen; uitstoten; uitwijzen; uitzetten; verbannen; verdoemen; verdrijven; verjagen; vervloeken; verwensen; wegjagen
svära vloeken beëdigen; een eed afleggen; ketteren; schunnige taal uitslaan; zweren

Verwante woorden van "vloeken":


Wiktionary: vloeken


Cross Translation:
FromToVia
vloeken svära curse — to swear, to utter a vulgar curse
vloeken svära swear — to curse, to use offensive language
vloeken svära blasphémerproférer un blasphème ou des blasphèmes.