Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. weed:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor weed (Nederlands) in het Zweeds

weed:

weed [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de weed (marihuana; wiet; wied; stuff; hennep)
    marijuana; gräs
    • marijuana [-en] zelfstandig naamwoord
    • gräs [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor weed:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gräs hennep; marihuana; stuff; weed; wied; wiet gazon; gras; grasmat; grasperk; grasveld; mat
marijuana hennep; marihuana; stuff; weed; wied; wiet