Nederlands

Uitgebreide vertaling voor zenuwlijder (Nederlands) in het Zweeds

zenuwlijder:

zenuwlijder [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de zenuwlijder (neuroot; zenuwpees)
    neurotiker
  2. de zenuwlijder (neuroot)
    nervsjuk; neurotiker
  3. de zenuwlijder (druktemaker)
    skrävlare; skrytmåns
  4. de zenuwlijder (herrieschopper; druktemaker)
    bråkmakare; upprorsmakare; orosstiftare
  5. de zenuwlijder (zenuwpatiënt)
    neuropat; nervsjuk; nervsjuk person

Vertaal Matrix voor zenuwlijder:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bråkmakare druktemaker; herrieschopper; zenuwlijder druktemaker; haantje; herrieschopper; intrigant; kabaalmaker; kemphaan; lawaaimaker; levenmaker; nozem; onruststoker; querulant; rouwdouwer; ruw iemand; ruziemaker; ruzieschopper; ruziezoeker; stoker; tweedrachtzaaier; twiststoker; twistzoeker; vechter
nervsjuk neuroot; zenuwlijder; zenuwpatiënt
nervsjuk person zenuwlijder; zenuwpatiënt
neuropat zenuwlijder; zenuwpatiënt
neurotiker neuroot; zenuwlijder; zenuwpees neurote; zenuwlijdster
orosstiftare druktemaker; herrieschopper; zenuwlijder agitator; herrieschopper; intrigant; oproerkraaier; opruier; opstoker; rustverstoorder; stokebrand; stokebranden; stoker
skrytmåns druktemaker; zenuwlijder blaaskaak; bluffer; geurmaker; grootspreker; hol vat; leeg vat; opschepper; praatjes; praatjes hebben; snoever; spekkopers; windbuil
skrävlare druktemaker; zenuwlijder blaaskaak; bluffer; dikdoener; dikdoeners; geurmaker; grote bek; grote mond; hol vat; kaatser; kaatsspeler; leeg vat; opschepper; opscheppers; pocher; praatjes; praatjes hebben; praatjesmakers; snoever; snoevers; spekkopers; windbuil; windbuilen
upprorsmakare druktemaker; herrieschopper; zenuwlijder

Verwante woorden van "zenuwlijder":

  • zenuwlijders