Overzicht
Zweeds naar Engels:   Meer gegevens...
  1. tång:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor tång (Zweeds) in het Engels

tång:

tång [-en] zelfstandig naamwoord

  1. tång (nyptång; pincett; kniptång)
    the pincers; the forceps; the nippers
    • pincers [the ~] zelfstandig naamwoord
    • forceps [the ~] zelfstandig naamwoord
    • nippers [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. tång (pincett)
    the tweezers
    • tweezers [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor tång:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
forceps kniptång; nyptång; pincett; tång kirurgisk tång; pincett
nippers kniptång; nyptång; pincett; tång kniptång
pincers kniptång; nyptång; pincett; tång kirurgisk tång; kniptång; pincett
tweezers pincett; tång pincett
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
pincers hovtång

Synoniemen voor "tång":


Wiktionary: tång

tång
noun
  1. gripping tool
  2. marine plants and algae
en-plural noun
  1. gripping tool which multiplies the strength of the user's hand
  2. an instrument

Cross Translation:
FromToVia
tång seaweed Tang — lange, feste Pflanze, die im Wasser wächst und zusammenhängende Bestände bildet
tång pliers; tongs; pincers Zange — ein Werkzeug aus zwei ineinandergreifenden Backen, welche nach unten hin für die händische Bedienung als Schenkel verlängert sind
tång seaweed; alga zeewier — in zee levend wier

Verwante vertalingen van tång