Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. bankkort:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor bankkort (Zweeds) in het Nederlands

bankkort:

bankkort [-ett] zelfstandig naamwoord

  1. bankkort
    de girobetaalkaart; de girokaart; het girobiljet
  2. bankkort
    de bankpassen
  3. bankkort (kontantuttagskort)
    de bankpas; de pas
    • bankpas [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • pas [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor bankkort:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bankpas bankkort; kontantuttagskort
bankpassen bankkort
girobetaalkaart bankkort
girobiljet bankkort
girokaart bankkort
pas bankkort; kontantuttagskort bergstig; pass; steg
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
pas bara för en minut sedan; häromdagen; just; nyligen