Overzicht


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor drägligt (Zweeds) in het Nederlands

drägligt:

drägligt bijvoeglijk naamwoord

  1. drägligt (tolerable; dräglig; uthärdligt)
    verdraaglijk; toelaatbaar; tolereerbaar; duldbaar; gedoogbaar
  2. drägligt (uthärdligt; dräglig)
    draaglijk; verdraaglijk; te verdragen

Vertaal Matrix voor drägligt:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
draaglijk dräglig; drägligt; uthärdligt
toelaatbaar dräglig; drägligt; tolerable; uthärdligt
verdraaglijk dräglig; drägligt; tolerable; uthärdligt
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
duldbaar dräglig; drägligt; tolerable; uthärdligt
gedoogbaar dräglig; drägligt; tolerable; uthärdligt
te verdragen dräglig; drägligt; uthärdligt
tolereerbaar dräglig; drägligt; tolerable; uthärdligt